Twee genen

Wanneer twee genen betrokken zijn, zijn er twee mogelijkheden:

  • De genen liggen op verschillende chromosomen. (dit deel)
  • Koppeling: de genen liggen op hetzelfde chromosoom, de genen behoren tot dezelfde koppelingsgroep (het deel over recombinatie)

We beginnen met een eenvoudig geval: de genen liggen op verschillelde chromosomen.

Wanneer de gameten gevormd worde tijdens meiose delen de verschillende chromosoomparen onafhankelijk van elkaar. Dus het eerste genpaar is niet gelinkt aan het tweede en er zullen geen geprefereerde combinaties van allelen van het eerste en het tweede gen zijn.

Wat je doet in de praktijk is
Als je twee genen op verschillende chromosomen hebt:
  • Zoek de gameten voor elk gen apart alsof dit gen het enige gen is.
  • Maak alle mogelijk combinaties, één allel per gen, om zo de gameten te bekomen.
Opmerking: elke gameet heeft evenveel kans om gevormd te worden.

Bekijk het in de praktijk met Voorbeeld 3.